Paragrafen

Bedrijfsvoering

Onze mensen en middelen

Indicator

Toelichting

Bron

Streefwaarde 2023

Realisatie 2023

Streefwaarde 2024

Formatie

Fte per 1.000 inwoners

Eigen gegevens

8,7
(754 fte en 86.800 inwoners)

9,1
(794 fte en 86.800 inwoners)

9,2

Bezetting

Fte per 1.000 inwoners

Eigen gegevens

7,9
(686 fte bezetting en 86.800 inwoners)

       8,8
(760 fte bezetting en 86.800 inwoners)

8,2

Apparaatskosten

Kosten per inwoner

Eigen begroting

658

684

729

Externe inhuur

Kosten inhuur externen als percentage van: totale loonsom + kosten inhuur externen

Eigen begroting

4%*

26%

15%

Overhead

Percentage van totale kosten

Eigen begroting

10,3%

11,8%

10,4%

*Externe inhuur: de raming van inhuur in de begroting is altijd lager dan bij de realisatie omdat er gedurende het jaar vacatures ontstaan. Hierdoor ontstaat er een onderuitputting op de salariskosten, maar een hoger bedrag aan realisatie op de inhuur.

(Bedragen x € 1.000 )

Capaciteitsbudget

Begroot   2023

Realisatie 2023

Resultaat 2023

Salariskosten personeel

€ 68.141

€ 61.129

€ 7.012

Externe inhuur*

€ 14.125

€ 21.617

€ -7.492

Opbrengst personeel

€ -3.224

€ -4.052

€ 828

Voormalig personeel

€ 555

€ 504

€ 51

College en Raad

€ 1.696

€ 1.685

€ 11

Totaal aan capaciteitsbudget

€ 81.293

€ 80.883

€ 410

Voorziening verlofsparen

€ 2.000

€ -2.000

Vrijval voorziening Appa

€ -23

€ 23

Totaal aan capaciteitsbudget  (incl. incidentele posten)

€ 81.251

€ 82.859

€ -1.566

*De raming van inhuur in de begroting is altijd lager dan bij de realisatie omdat er gedurende het jaar vacatures ontstaan. Hierdoor ontstaat er een onderuitputting op de salariskosten, maar een hoger bedrag aan realisatie op de inhuur.

Het percentage inhuur van de loonsom was in 2023 26%. Dat percentage is gelijk aan het voorgaande jaar en is dus niet gestegen. In dit percentage zijn alle soorten inhuur meegenomen. Dat wil zeggen reguliere inhuur (inhuur bij ziekte en vacatures ten laste van P-lasten/ salariskosten) en inhuur met specifieke dekking (bijvoorbeeld tijdelijke projecten). Het percentage van de totale kosten uitgegeven aan inhuur ligt hoger dan het landelijk gemeentelijk gemiddelde (18% in 2022). Verklaringen hiervoor zijn:

  • Het ziekteverzuimpercentage is hoger dan in andere gemeenten, al lijkt een dalende trend ingezet (van 7.8% naar 7.3%). Ook wordt niet altijd ingehuurd bij (langdurige) ziekte, maar het werk opgevangen in het team;
  • Inhuur met specifieke middelen: bijvoorbeeld tijdelijke projecten als gevolg van veelvuldig voorkomende crises, zoals de opvang van Oekraïense vluchtelingen. Maar ook tijdelijke inhuur bij ruimtelijke projecten;
  • Als gemeente kiezen wij ervoor om veel taken zelf uit te voeren, waar andere gemeenten ervoor kiezen om deze taken uit te besteden aan andere bedrijven;
  • Krapte op de arbeidsmarkt. Doordat sommige vacatures lastig vervulbaar zijn, zijn we genoodzaakt om in te huren om het werk door te laten gaan. We zijn hier echter niet uniek in. Alle gemeenten hebben te kampen met krapte op de arbeidsmarkt. We zijn gebonden aan de arbeidsvoorwaarden uit de Cao, waardoor concurreren lastig is.

Het inhuren van extern personeel heeft niet alleen nadelen. Het zorgt ook voor flexibiliteit in de organisatie en het tijdelijk in huis halen van specifieke expertise. Inhuur is dus niet per definitie ‘nadelig’, maar te veel extern personeel zorgt wel voor een mindere binding met de organisatie en verminderde continuïteit. Vanaf 2024 e.v. streven we er dan ook naar om het percentage inhuur te verminderen.

Per 1 januari 2023, na het doorlopen van een Europese aanbesteding, is een nieuwe 2-jarige overeenkomst gesloten voor de dienstverlening van externe inhuur.
In 2023 is invulling gegeven aan het besluit naar aanleiding van het rekenkameronderzoek externe inhuur uit 2022. Er is in 2023 gewerkt aan een strategisch personeelsbeleid en er is een jaarlijkse themabijeenkomst georganiseerd.

Hieronder volgt een toelichting over de bijzondere (incidentele) posten:

Voorziening verlofsparen
De voorziening Verlofsparen is een nieuwe verplichting vanaf de jaarrekening 2022. Aangezien er bij verlofsparen sprake is van arbeidskostengerelateerde verplichtingen die een niet voorspelbare opbouw en daarmee ook onvoorspelbare afbouw kennen, dient hier een voorziening voor gevormd te worden. Ieder jaar zal na het sluiten van de salarisadministratie een nieuwe berekening worden gemaakt en op basis hiervan zal een verrekening worden gedaan met de voorziening Verlofsparen. Voor 2023 wordt de voorziening aangevuld met € 2 miljoen. In het positieve saldo van de personeelslasten ad € 410.000 zijn ook de gekochte verlofuren opgenomen met een waarde van € 130.000.

Vrijval voorziening Appa
Binnen de voorziening APPA heeft een incidentele vrijval van € 23.000 kunnen plaatsvinden, omdat de interne rekenrente is gestegen, met als gevolg dat minder kapitaal hoeft te worden aangehouden in de vorm van een voorziening.

Garantiebanen

Begroting 2023

Realisatie 2023

Begroting 2024

Aantal gerealiseerde garantiebanen*

25

26

25

* Zie verdere toelichting bij de paragraaf Bedrijfsvoering, onderdeel 'Wettelijke eisen bedrijfsvoering'.

Digitalisering

Begroting 2023

Realisatie 2023

Begroting 2024

ICT kosten per fte

€ 14.013

€ 12.182

€ 14.154

ICT kosten per inwoner

€ 116

€ 107

€ 131

Personeelsbegroting
Het aantal vacatures blijft toenemen. Het is ‘staand beleid’ om vacatures op middenschaal te ramen. De salarissen staan door de krapte op de arbeidsmarkt onder druk en meer dan voorheen wordt een eindschaal met een toelage geboden om personeel aan ons te kunnen binden. Door de krapte, met name in specialistische functie, zijn er ook meer vacatures die worden ingevuld met (tijdelijke) inhuurkrachten. Dit grotere risico is als zodanig verwerkt in ons risicobeheerssysteem Naris.

Deze pagina is gebouwd op 08/02/2024 13:33:09 met de export van 07/08/2024 13:49:42